Pokémon: Let's Go, Eevee!

  • Review

  • 22 nov 18 om 14:20

  • Erik

  • 0

Game Freak is altijd heel behoudend geweest wat betreft Pokémon. Nooit weken ze veel af van de hoofdformule, die ze oh zo fantastisch hadden uitgerekend met Pokémon Red & Blue. Maar toen was daar Pokémon GO, dat in 2016 de hele wereld opnieuw verroerde. Even waande je je tijdens die gigantische Pokémon-manie rond de eeuwwisseling. Dit inspireerde Game Freak tot Pokémon: Let’s Go, Pikachu en Let’s Go, Eevee, als toegankelijke brug naar de Nintendo Switch. En weet je wat? Soms is het best een goed idee om van zo’n vastgeroeste hoofdformule af te stappen.

Pokémon: Let’s Go, Eevee! probeert een spel te zijn voor de nieuwkomer, voor de fans van weleer én stiekem ook voor diegene die al jarenlang de games speelt. Dit blijkt uit de keuze van de regio, waarin je (wederom) op reis gaat door het aloude Kanto. Het grijpt terug naar het absolute hoogtepunt van de hype: Pokémon Yellow. Hier wachten niet 800+ zakmonsters op je, maar houden alleen de originele 151 (en een nieuwe mythische Pokémon) zich schuil. Jessie, James en Meowth maken het leven je weer flink zuur, Gym Leaders als Misty en Brock zijn geïnspireerd op hun animé-tegenhangers en die koddige Pikachu volgt je weer trouw. Of in dit geval Eevee, natuurlijk – maar daarover later meer. Laten we namelijk niet om de Phanpy in de kamer draaien.

Subtiele zwaaibeweging

“Voordat je een Pokémon kunt vangen, dien je het eerst te verzwakken.” Voor twintig jaar een geschreven regel in de wereld van Pokémon. Kwam je zo’n koddige Pikachu tegen in het wild, dan kon je niet simpelweg een barrage aan ballen op ‘m afgooien. Eerst moest je met je Charmander een vurige Ember (of twee) op ‘m afsturen. Hoe minder HP die muis had, hoe groter de kans was dat je ‘m in je blinkende Poké Ball sloot. Tot Pokémon GO bedacht dat je ook wél simpelweg een barrage aan ballen op ‘m af kan gooien. Oh jongens, wat werkt dit leuk in Pokémon: Let’s Go, Pikachu en Let’s Go, Eevee. Sterker nog: ik durf te zeggen dat dit het sterkste element is uit het spel.

Om een Pokémon te vangen, hoef je enkel met je hand een subtiele zwaaibeweging naar voren te maken. In tegenstelling tot de Wii-dagen – waar je vaak je pols moest zwiepen – moet je echt je hele bovenarm bewegen, net alsof je in het echt zo’n blinkende Poké Ball op die Bellsprout afgooit. Om dit gooien wat extra diepte te geven, zijn er allemaal elementen uit Pokémon GO overgenomen. Zo is de welbekende ring terug, die steeds roder van kleur wordt naarmate de vangkans lastiger is. Gooi je goed getimed binnen de cirkel, kun je een Nice, Great of zelfs Excellent krijgen. Goed om je vangkansen wat op te krikken én om meer ervaringspunten binnen te harken.

Dit had een leuk bruggetje over het sterker maken van je Pokémon kunnen vormen, maar ik wil nog even benadrukken hoe tof uitgewerkt het vangen is. Het geeft namelijk ongelofelijk veel voldoening om op het juiste moment je arm naar voren te bewegen en ‘m precies door dat kleine ringetje te mikken. Game Freak geeft hier nog extra nadruk aan door de toevoeging van HD-Rumble, die je elke beweging van de bal laat voelen, terwijl jij gespannen naar het scherm tuurt of ie er niet uit ontsnapt. Toegegeven: het gooien werkt helaas niet helemaal perfect, gezien de Nintendo Switch je bewegingen niet altijd even goed registreert – zeker als je door een druk bewegende Haunter naar links of rechts met je Joy-Con moet gooien. Dit neemt echter niet weg dat het vangen van Pokémon nog nooit zo spannend is geweest (en psst… op gezette momenten keert dat verzwakken stiekem gewoon terug!).

Een levendige wereld

Toegankelijk is ook de tweede grote sleuteling aan de hoofdformule: het afstappen van random encounters. Dit betekent dat de zakmonsters niet zomaar uit het gras opdoemen, maar gewoon rondslenteren in de wereld. Voor puristen lijkt dit misschien de grootste tegenvaller, gezien het verrassingselement volledig wegvalt. Je kunt nu zien welk type beestje er rondloopt, en zo die zeldzame Clefairy eruit pikken. In de praktijk valt dit echter wel mee: zeldzame Pokémon blijven écht zeldzaam, waardoor je soms alsnog lang aan het speuren bent. Een Lure vergroot gelukkig de verschijningskans van Pokémon aanzienlijk. Het is ongelofelijk hoe snel je, als fanatiek Pokémon-speler, gewend bent aan deze verandering. Niet alleen maakt dit Kanto zoveel levendiger, het laat je ook veel gerichter naar beestjes speuren.

Je kunt een Combo opbouwen van Rattata’s (of iedere ander beestje), waardoor je niet alleen steeds meer ervaringspunten krijgt, maar ook de kans op een Shiny steeds groter wordt. Loop je ondertussen toch een Pidgey tegen het lijf, geen probleem: ervan wegrennen is voldoende om je streak door te laten gaan. En geloof me: als er na een tijdje toch ineens zo’n groene Rattata opdoemt, maakt je hartje een sprongetje van vreugde. Sommige zakmonsters hebben ook een blauwe of rode waas om zich heen, wat betekent dat ze extra klein óf groot zijn. Weet je deze zakmonsters aan je collectie toe te voegen, wacht er een fikse lading ervaringspunten op je. Records voor de lengte van elk beestje worden ook door je Pokédex bijgehouden!

Coach Trainers

Het gekke is dat Pokémon: Let’s Go, Eevee! verder vrijwel helemaal gelijk aan die hoofdtitels die ervoor kwamen. Er wacht namelijk nog steeds een vrachtlading aan trainers op je (veel meer dan je denkt). Hier maak je korte metten mee door de krachten van je verworven zakmonsters te gebruiken. Om de beurt vuren jullie een aanval op elkaar af, waarbij je zoveel mogelijk de zwakke plek van de tegenstander probeert te pakken. Dit werkt volgens het welbekende steen-papier-schaar-concept: vuur is zwak voor water, water voor gras en gras voor vuur. Daarnaast zijn er nog tal van Pokémon-types om in de gaten te houden. Beslis je gevechten in jouw voordeel, krijg je ervaringspunten waardoor je beestjes een niveau kunnen stijgen of zelfs kunnen evolueren tot nieuwe vormen.

Zoals vanouds werkt dit ijzersterk. Ik was zelfs aangenaam verrast dat het gehele gevechtssysteem ingespeeld is op de meest recente generaties: Clefairy is bijvoorbeeld van het Fairy-type en leert ook de aanvallen uit Sun & Moon. Ook de TM’s (aparte aanvallen die je aan je Pokémon kunt leren) zijn vooral gericht op het competitieve aspect, en zijn bijna allemaal ijzersterke toevoegingen voor je team. Sommige kun je zelfs alleen verwerven na het verslaan van een Coach Trainer, een extra sterke tegenstander die jou flink het leven moeilijk maakt met een bepaalde aanval of Pokémon. HM’s zijn trouwens verleden tijd: Enkel Eevee kan al die vlieg- surf- en flashkunstjes leren – die overigens géén onderdeel van je reguliere aanvallen vormen.

Eevee!

Oh, Eevee. Wat een schattige krachtpatser is het in Pokémon: Let’s Go, Eevee! Je smelt bijna als zijn kirrende geluidjes je meenemen in het titelscherm, en al helemaal als je zijn hoofdje streelt in Partner Play (een soort vervanger voor Pokémon Amie). Je kunt ‘m zelfs allerlei schattige accessoires aandoen. Hoewel ik als stoere man mij hier natuurlijk veel te mannelijk voor voelde, moet ik toegeven dat mijn Eevee inmiddels de show steelt met zijn hipsterbril en hoedje. Om vervolgens elke tegenstander een kopje kleiner te maken met een stoere aanval als Baddy Bad of Bouncy Bubble. Ahem. Gelukkig zijn die sterker en handiger dan de namen suggereren!

Al vechtend en vangend baan je je een weg door het verhaal. Je verslaat Gym Leaders, maakt korte metten van Team Rocket en gaat uiteindelijk de strijd aan met de Elite Four. Hoewel de gevechten eruitzien als Pokémon Sun & Moon in een hogere resolutie, is de wereld prachtig tot leven is gekomen. Pewter City, Vermillion City of Celadon City: iedere stad heeft een gedetailleerd kenmerkend jasje gekregen. Fans van het eerste uur worden daarnaast getrakteerd op allerlei verwijzingen naar het origineel (check bijvoorbeeld de televisie in je eigen huis of de Game Freak-afdeling in Celadon City), terwijl nieuwkomers zich zullen verbazen over het gemak waarmee je door de wereld reist.

Wel moet ik zeggen dat de terugkeer naar Kanto voor mij, als fan van het eerste uur, iets te vertrouwd aanvoelde. Nu wist Game Freak een paar keer te verrassen (is Blue wel echt je rivaal?), maar doorgaans voelt het al snel aan als ‘been there, done that’. Een gebrek aan degelijke online-mogelijkheden maken dit helaas niet goed. Ook de interactie met Pokémon GO werkt naar mijn mening iets te omslachtig én is uiteindelijk wat flauwtjes – het is eigenlijk enkel bedoeld om je collectie compleet te maken. Laatste zeurpuntje: de toffe ervaring van het vangen valt eigenlijk compleet weg in de handheldmodus. Je gebruikt de gyro-sensor van je Nintendo Switch om te kijken en drukt simpelweg op A om een bal te gooien. Ongelofelijk zonde dat de besturing van Pokémon GO hier niet is overgenomen. Tja, het blijft natuurlijk de eerste échte Pokémontitel specifiek gemaakt voor een console.

8.5

N1-score

  • + Toegankelijk voor zowel fans als nieuwkomers
  • + Pokémon vangen gaf nog nooit zoveel voldoening
  • + Kanto is levendiger dan ooit tevoren
  • + Hipster Eevee
  • - Voelt voor fans iets té vertrouwd
  • - Ervaring duidelijk minder in handheldmodus

Like dit bericht:

Over Erik

Erik is onze hoofdredacteur. Sinds 2010 schrijft hij over videospelletjes, en hij doet dit al meer dan tien jaar voor N1-UP. Pokémon Yellow was de reden dat hij verslingerd raakte aan games - en die droom om Pokémon Meester te worden, ebde nooit meer weg. Erik krijgt nog steeds kippenvel als hij aan die E3 2016-trailer van The Legend of Zelda: Breath of the Wild denkt.

Lees meer over Erik

Recente artikelen

LEVEL-5 stelt VISION 2024-presentatie uit tot ‘zomer 2024’

0

Nieuws LEVEL-5 stelt VISION 2024-presentatie uit tot 'zomer 2024'

19-04-2024

1

Rik

Pokémon: Let’s Go, Pikachu

0

Review Pokémon: Let's Go, Pikachu

23-11-2018

0

Daan

Swap This!

0

Review Swap This!

22-11-2018

0

Kitty

Reageer als eerste!